PLACE - vertaling in Nederlands

• plaats
• plek
• huis
• place
• thuis
• tent
• hier
• locatie
• ruimte
• woning
• te plaatsen
• waar
• boel
• ergens
• leg
• zet

Voorbeelden van het gebruik van Place in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

The place with the grass… and the trees.
An8}Op die plek met gras en bomen.

I know this place in the valley.
Ik weet een tent in de vallei.

He was at my place when his daughter disappeared.
Hij was bij mij thuis toen z'n dochter verdween.

Our apartment, Place St. Pierre.
Onze flat, Place St. Pierre.

This place is jυst too big for Joe and Ma'Dere.
Dit huis is gewoon te groot voor Joe en Ma'Dere.

Uh-huh.- But my place is here.
Uh-huh.- Maar mijn plaats is hier.

Stop it. Place a beehive on my grave.
Zet een bijenkorf op m'n graf. Stop daar mee.

This place will be crawling with agents.
Het wemelt hier straks van de agenten.

Place the body on the table.
Leg lichaam op de tafel.

He has a place in Denmark, by the water.
Hij heeft een plek in Denemarken, bij het water.

This was Toots Shor's place.
Dit was de tent van Toots Shor.

This place is also part of Matthews construction business.
Dit huis is ook een deel van Matthews bouwbedrijf.

Brandon Place, corner of Lavington Street.
Brandon Place op de hoek van Levington Street.

You said they were safe at your place.
Je zei dat ze veilig waren bij jou thuis.

Pierre and Louise have left for my place in Switzerland.
Pierre en Louise zijn vertrokken naar mijn plaats in Zwitserland.

Maria Jose, place them in water.
Maria Jose, zet ze in water.

I wanted a place where you would feel comfortable.
Ik wilde een locatie waar jij je comfortabel zou voelen.

Your artifacts. Place them in the fire.
Leg ze in het vuur. Jullie artefacten.

I thought this place was everything to me.
Ik geloofde dat dit hier alles voor me was.

I have rented a place for the summer.
Ik huurde een plek voor de zomer.