Voorbeelden van het gebruik van Goed bezig in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Goed bezig, pa.
Goed bezig, maar we hebben meer problemen.
Goed bezig, Romeo.
Goed bezig, Brazzos.
Godzijdank. Goed bezig, vriend!
Blijf goed bezig, Pierre.
Goed bezig, joh.
Je bent goed bezig, Juan.
Goed bezig, Gary.
Goed bezig, lieverd.
Goed bezig, Harry.
Goed bezig, Timmy.- Mooi.
Je bent echt heel goed bezig.
Al nieuws over het bloed van de Fae?- Goed bezig.
Wauw, goed bezig.
Dank je.- Goed bezig.
Ik hoorde dat je dat deed goed bezig vandaag.
En je was zo goed bezig.
Markers, wisser, goed bezig.
Goed bezig, Bethan. Beth!