Voorbeelden van het gebruik van Ik ben onschuldig in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Geloof me. Ik ben onschuldig.
Wat het ook is, ik ben onschuldig.
En die kar? Ik ben onschuldig.
Dr Matthäi, ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig', beweert princesa yamal.
Maar ik ben onschuldig en dat wil ik aantonen.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig. Guardian, nee.
Ik ben onschuldig en vertrouw op mijn advocaat.
En ik ben onschuldig.
Geen zorgen, ik ben onschuldig.
Jij bent slim genoeg om te weten dat ik ben onschuldig.
Zij doen mij geen kwaad, want ik ben onschuldig bevonden.
Dat van Tampa… Ik ben onschuldig.
Maar deze keer… Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig. Kom hier.