Voorbeelden van het gebruik van Ik ben onschuldig in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik ben onschuldig.
Maar ik ben onschuldig en dat wil ik aantonen.
Zij is het. Ik ben onschuldig. U moet.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig als 'n pasgeboren baby.
Maar ik ben onschuldig, zeker.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig aan het bloed van deze rechtvaardige.".
Mijne heren, Ik ben onschuldig aan de ten laste leggingen.
Ik ben onschuldig, ik heb niets verkeerd gedaan!
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig.
Ik ben onschuldig en… het waren die verdomde indianen.
Ik ben onschuldig, weet je nog?
Ik ben onschuldig aan dit bloed.
Ik ben onschuldig aan haar bloed!
Het verschil is, ik ben onschuldig en jij bent betrapt.
Lk beken niet, ik ben onschuldig.