Voorbeelden van het gebruik van Problemen thuis in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Had ze problemen thuis?
Laat je problemen thuis.- Ja.
Weer problemen thuis?
Zijn er problemen thuis?
Problemen thuis is geen excuus voor moord.
Veel kinderen hadden problemen thuis, of sociale-angststoornissen.
Heb je problemen thuis?
Ik heb problemen thuis en ik kon nergens anders heen.
Je hebt problemen thuis.
Had hij misschien problemen thuis?
De leerkracht wil weten of er problemen thuis zijn.
Wat jammer. Problemen thuis.
Hij heeft problemen thuis.
Ik hoorde dat je problemen thuis had.
Problemen thuis.
Alleen… problemen thuis.- Ja.
Zijn er problemen thuis?
Problemen thuis, zoals je begrijpt.
Zijn degenen die hier geboren zijn soms minder betrokken bij de problemen thuis?
Dit is veel belangrijker dan de problemen thuis.