Voorbeelden van het gebruik van Zit in in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Nee, ze zit in een bejaardenhuis in Wisconsin.
Mozambique zit in dezelfde situatie.
Clay zit in Stockton.
Je oom Harold zit in de problemen.
Het zit in zijn aard om levens te willen redden.
Ze zit in een tehuis in Bakersfield.
Het zit in de versnellingen!
Ik zit in een goedkoop hotel.
Hij zit in de woestijn visvijvers te maken.
Vouwpapier met instructies zit in de doos.
Henry Lin zit in Stockton.
M'n toekomst zit in die envelop.
Jouw macht zit in je haar.
En ze zit in een hotel in onze stad.
Barney, ik zit in een bieb.
Het zit in uw bestand.
Ik zit in kamer 72. Haal me om 9 uur op.
Ze zit in een rusthuis.
Nokia X71 zit in het midden met het 3500 mAh-apparaat.
En hij zit in uw cel.