Voorbeelden van het gebruik van Dienst in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
De dokter die dienst heeft slaapt wanneer ze de mogelijkheid heeft.
Heb ik dienst, Dr Clarkson?
Je hebt geen dienst en je bent hier.
Mooie dienst, Samantha.
De dienst voor oom Ben.
Werk lang genoeg in de geheime dienst… en je leert gedrag te voorspellen.
Ik zei toch geen drank voor de dienst.
De mensen in mijn steungroep gaan naar een" revival" dienst.
Hij is niet eens meer in dienst.
Vervalsingen is het terrein van de geheime dienst.
Ik heb vandaag geen dienst.
Is er een dienst?
Heeft u deze man bij de dienst gezien?
Wat is er? Ik heb geen dienst.
Btw-voorschriften- Plaats van een dienst.
Wie heeft er dienst?
We hoeven het niet te vertellen voor de dienst.
Maar, hij is niet meer in dienst.
Inderdaad, hij heeft nu dienst.
Heeft dokter Brair vanavond dienst?