Voorbeelden van het gebruik van Eigen huis in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
We hebben net geweest in ons eigen huis…".
Hij heeft een eigen huis.
Troosten als wanneer je terugkeert naar je eigen huis.
Ons slachtoffer was gevangene in eigen huis.
Bijna 70% van de Italiaanse gezinnen een eigen huis waarin zij leven.
Niets is meer privé dan uw eigen huis.
Overtuigt u alstublieft ook eerst eens uw eigen Huis!
Je moeders recht om haar eigen huis te krijgen.
Dat elke Amerikaan een baan, een gezin en een eigen huis moet hebben.
We moeten een eigen huis vinden.
We moeten ons eigen huis hebben.
Hoe gaat een man een vrouw… uit haar eigen huis gooien?
Ik wou even vragen of je weet wanneer je je eigen huis krijgt.
Dus iemand kan uit z'n eigen huis worden gezet zonder proces… of het recht gehoord te worden?
De berekening van het eigen huis voor het verwarmen van waterhet systeem gaat als volgt.
alle weer willen wonen in hun eigen huis, waar elk gezinslid zal worden toegewezen een aparte leefruimte.
Iedere eigenaar wil een eigen huis te bouwen in hun omgeving, een prachtige omgeving.
Vooral als je woont in een eigen huis of besteden veel tijd in het land.
een relatie te hebben in je eigen huis.
Het uitgelaten gevoel dat je hebt als je casino-spelletjes speelt en het gemak van je eigen huis.