Voorbeelden van het gebruik van Ruim in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ruim terras met prachtig uitzicht.
Ruim mijn kwartieren op als ik weg ben.
Ruim je kamer op. Het is een chaos.
We hebben ruim de tijd om onze trein te halen.
De bom keert terug in het ruim.
Ten eerste, ruim je rotzooi in Omaha op.
Ik ruim m'n sokken op.
Volgens deze gegevens ligt er maar 500 kilo erts in het ruim.
Een jaarlijkse schoonmaakbeurt is over het algemeen ruim voldoende.
Ik ruim net een beetje op?
Lieve Führer, ruim je rommel op.
De klanksterkte van de beiaard is ruim voldoende.
Sea Shepherd bemanning treft massa's haaien in het ruim.
Ik ruim wat spullen op.
Ruim maar op, voor ze komen en vragen gaan stellen.
Beneden in het ruim.
En Bobby, ruim je auto's op.
Ruim die rotzooi op en bel de dokter.
Dat ruim ik niet op.
Ik ruim even op.