Voorbeelden van het gebruik van Te doen in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Mrs Riva, u hoeft dit niet te doen.
Nee, je hoeft dat niet te doen.
Ja, maar dat hoef je niet te doen.
Dat hoef je niet te doen, Frank.
Nee, dat hoef je niet te doen.
Kán, de lidstaat hoeft dat onderzoek niet te doen.
Je… je hoeft dit niet te doen.
Pascal, je hoeft dit niet te doen.
Sabrina, dat hoef je niet te doen.
Dit hoeft u niet te doen, dames, alstublieft.
Maar als ik niet te doen, hoe kan ik u helpen?
Dat jij dat weigert te doen, hè, dat noem ik chantage.
Ik denk dat we te doen hebben met een transgenetische soort.
Ik begrijp wat je hier probeert te doen, wat je probeert op te bouwen.
Door een beroep te doen op iemands' betere instincten.
Ik probeer het beste te doen voor de aarde.
Je hoeft niet Max kijk te doen, het is cool.
Het is te doen, maar het is nogal verknipt.
Wat probeer je te doen met mij?
Je hoeft dit niet te doen, als je dat niet wilt.