Voorbeelden van het gebruik van Broer in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Broer Obama: onze vader sloeg ons.
Je gaat je dode broer gebruiken, om zijn sympathie te winnen?
Ons motto is‚Partner is Broer, is de Kwaliteit het Leven‘.
Broer tot broer. .
En die broer van hem?
Zijn broer Tom ook.
Je opa en broer hebben het geregeld.
Je bent net als de broer ik nooit gehad, Franco.
Proberen m'n broer te doden?
Hij zei dat hij z'n broer had gesproken over het verhoor.
Mijn broer, de dokter.
Joe was als een broer voor me, dog.
Als je idioot van een broer dood is,
De man heeft een broer, met 5 kinderen.
Broer, ik moet in de douche.
Het gaat om de broer van de eigenaar van de auto.
En de jongere broer, Bobby?
Mijn broer, de Leper.
(Broeder doodt broer, zoals Kaïn).
Dolkars 1 4-jarige broer Chosing gaat ook mee.