Voorbeelden van het gebruik van Flauw in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
De verschijning van Vitamine C is wit kristal met flauw zuur.
Anders is de smaak flauw.
Geen flauw idee, het is al zo lang geleden.
Ik heb geen flauw idee.
Je ziet hem hier flauw op de achtergrond.
Doe niet zo flauw.
Geen flauw idee.
Ik had geen flauw idee.
Hij is nogal flauw.
kleurloze flauw geel.
Geen flauw idee.
Ik heb geen flauw idee.
Wees niet zo flauw.
Zegt Eliza flauw.
Geen flauw idee, maar kijk naar mijn handschrift.
We hebben geen flauw idee.
Niet"natuurlijk vind ik het flauw".
Geen flauw benul.
Maar ik heb geen flauw benul.
Dat is flauw.