Voorbeelden van het gebruik van Hij werkt in in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij werkt in Thailand.
Hij werkt in de broeikas.
Hij werkt in dit gebied.
Hij werkt in Woking.
Hij werkt in zijn kelder aan iets.
Hij werkt in een boekwinkel.
Hij werkt in verscheidene landen in het Midden-Oosten.
Hij werkt in de tunnel waar de schepen worden gebouwd.
Hij werkt in het centrum.
Hij werkt in een fotolab.
Hij werkt in de teams.
Hij werkt in de stad.
Hij werkt in het gebouw.
Hij werkt in het reservaat.
Hij werkt in de stad… bij Massie's Autogarage.
Hij werkt in de controletoren van Grenoble.
Hij werkt in het laboratorium.
Mijn vader is dokter. Maar hij werkt in de mijn.
Nee, hij is niet katholiek, maar hij werkt in een hele grote kerk.
Die dienst waar ze voor Trey inviel, hij werkt in een apotheek.