Voorbeelden van het gebruik van Morgen pas in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
De sneeuwploeg komt morgen pas.
Ik blijf vanavond binnen om m'n kou te verzorgen. Dus ik zie je morgen pas.
En ik dien het in om 16.59 uur, zodat Davidson het morgen pas zal zien.
Het weekend van 4 juli begint officieëel morgen pas… maar de fans komen al naar Atlantic City voor de Superbowl. De Mixed Martial Arts, Sparta!
het grote landbouwdebat over de hervorming, dus over het rapport- MacSharry, morgen pas wordt gevoerd, nu al een
Ze komen morgen pas.
We gaan morgen pas.
Jij begint morgen pas.
Komt morgen pas.
Hij komt morgen pas.
Ik vertrek morgen pas.
Nee, morgen pas.
U gaat morgen pas.
Het is morgen pas.
Die begint morgen pas.
Uw vakantie begint morgen pas.
Die komt morgen pas aan.
Ik word morgen pas gewogen.
M'n vlucht vertrekt morgen pas.
Je zou morgen pas komen.