Voorbeelden van het gebruik van Niet aankomen in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Oh nee, nee, niet aankomen.
Niet aankomen. Dat is antiek.
Ik kan niet aankomen in dat ding.
Niet aankomen!
Niet aankomen.
Niet aankomen.
Ik weet niet aankomen met het vliegtuig, hoe ik kan blijven?
Uw bestelling niet aankomen als gevolg van uitzonderlijke omstandigheden buiten de controle van WoopShop.
Niet aankomen.
Dokter, niet aankomen.
Niet aankomen.
Niet aankomen, alsjeblieft.
Niet aankomen.
Niet aankomen, pappa. Ik kan het wel.
Niet aankomen, tenzij je de duivenkak ziekte wil krijgen.
Maar niet aankomen!
Niet aankomen.
Niet aankomen.
Niet aankomen, schoft. Hij is van mij.
Niet aankomen.