Voorbeelden van het gebruik van Tut ihm in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Tut ihm nicht weh!- Kellie!
Sie tut ihm die scheußlichsten Sachen an!
Tut ihm nichts, nein!
Nee, doe hem niets!Sie tut ihm schon nichts.
Ze doet hem heus niets.Tut ihm nicht weh!- Nein, Daddy!
Papa. Doe hem geen pijn!Ja, es tut ihm gut.
Het doet hem goed. Ja.Aber… Asterix. Tut ihm nicht zu sehr weh.
Doe hem geen pijn.- Maar… Asterix, Asterix.Ihr tut ihm weh. Halt!
Je doet hem pijn. Stop!Bitte… Tut ihm nichts.
Alstublieft, doe hem niks.Nichts tut ihm weh, niemand schlägt ihn. .
Niks doet hem wat, niemand verslaat Sachte. Tut ihm nicht weh.
Rustig, doe hem geen pijn.Es tut ihm gut.
Het doet hem goed.Und, tut ihm nicht weh.- Bitte.
Alsjeblieft. En doe hem geen pijn.Es tut ihm ja nicht weh.
Het doet hem toch geen pijn.Miramanee!- Tut ihm nichts an!
Miramanee.- Doe hem niks!Halt! Ihr tut ihm weh!
Stop. Je doet hem pijn!Findet heraus, was er weiß, aber tut ihm nichts!
Zoek uit wat hij weet, maar doe hem geen pijn!Sie tut ihm die scheußlichsten Sachen an!
Dingen aan. Ze doet hem afschuwelijke!Bitte tut ihm nichts! Nein, nein!
Alsjeblieft. Nee, doe hem geen pijn!Nein! Sie tut ihm weh.
Nee. Ze doet hem pijn.
