RENDEZVOUS - vertaling in Nederlands

['rɒndivuː]
['rɒndivuː]
rendez-vous
rendezvous
tryst
assignation
afspraak
appointment
deal
meeting
date
agreement
arrangement
bargain
rendezvous
engagement
to meet
rendezvous
appointment
ontmoeting
meeting
encounter
to meet
rendezvous
run-in
sit-down
ontmoetingsplaats
meeting place
meeting point
hangout
meet
rendezvous point
venue
gathering place
meetingplace
rallying point
ontmoeten
meet
encounter
be meeting
ontmoetingspunt
meeting point
rendezvous point
meeting place
rally point
RV point
meetingpoint
rendez-vous point
trefpunt
meeting point
venue
meeting place
rendezvous point
haunt
point of impact
extraction point
meet
is the rendezvous
focal point
ontmoetingsplek
meeting place
meeting point
rendezvous point
meeting spot
place to meet
gathering place
meet-up
meetingplace
verzamelpunt
rally point
meeting point
collection point
assembly point
rendezvous point
assemblage point
assembly area
gathering point
RV point

Voorbeelden van het gebruik van Rendezvous in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Rendezvous? Where are you going?
Trefpunt? Waar ga je heen?
You have a rendezvous with her tomorrow at four.
U hebt morgen een afspraak met haar om vier uur.
We're tryin' to reach a rendezvous point.
We proberen een rendezvous punt te bereiken.
Heading for rendezvous at IZ Alpha Echo.
Op weg naar ontmoetingspunt bij LZ Alpha Rcho.
Miles to the rendezvous.
Kilometer tot de ontmoetingsplaats.
Captain, we have downloaded the rendezvous coordinates to the FTL.
Kapitein, we hebben de coördinaten van het rendez-vous in de FTL gedownload.
The rendezvous is set.
De ontmoetingsplek staat vast.
Rendezvous at the getaway point.
Ontmoeten bij het ontsnappingspunt.
Not at the rendezvous, at home, work.
Niet bij de ontmoeting, zijn huis, zijn werk.
Where are you going? Rendezvous?
Trefpunt? Waar ga je heen?
Our rendezvous is at Pointe Sainte-Anne at 5:00 tomorrow morning.
Ons rendezvous is in Pointe Sainte-Anne om 5 uur morgenvroeg.
Rendezvous at the Hill Theater.
Afspraak bij the Hill Theatre.
He's approaching the rendezvous.
Hij komt bij het ontmoetingspunt.
We're at the rendezvous.
We zijn bij de ontmoetingsplaats.
Stop. Stop! This is the rendezvous.
Stop. Stop! Dit is het rendez-vous.
That's the rendezvous I worked out with Cochise.
Dat is de ontmoetingsplek die ik met Cochise heb besproken.
We rendezvous with the main convoy at 0800 hours at Adelaide.
We ontmoeten het grote konvooi om 0800 uur nabij Adelaide.
I have a rendezvous beyond my.
Ik heb een ontmoeting achter de horizon.
Heading for rendezvous at IZ Alpha Echo.
We gaan voor verzamelpunt LZ Alpha Echo.
Rendezvous complete. yes?
Rendezvous compleet. Ja?
Uitslagen: 1319, Tijd: 0.0594

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands