HEURE - vertaling in Nederlands

• uur
• tijd
• tijdstip
• moment
• ure
• uren
• uurtje
• tijden
• tijdstippen
• uurs

Voorbeelden van het gebruik van Heure in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

Le vice-président Daniels s'adressera à la nation à 9h, heure de Washington.
Vice-President Daniels spreekt het land om 09.00 uur, oosterse tijd.

Tu as une heure pour flâner.
Je hebt een uur om rond te kijken.

Quelle heure c'était?
Hoe laat was dat?

À quelle heure approximativement le motard vous a abandonnée à Nikki Beach?
Om hoe laat ongeveer liet die motorjongen je achter in Nikki Beach?

Heure des questions Conseil.
Vragenuur Vragen aan de Raad.

Ton heure est venue, ma fille.
Jouw dag zit erop, meisje.

Je suis désolée, quelle heure avez vous dit qu'il était?
Het spijt me. Hoe laat zei je dat het was?

Connectée à la même heure, déconnectée 30 minutes plus tard.
Ze logde in op hetzelfde tijdstip, logde telkens uit na 30 minuten.

Quelle heure avez-vous?
Hoe laat hebt gij 't?

Savez-vous quelle heure il est à Tokyo en ce moment?
Weet je hoe laat het op dit moment is in Tokio?

Date et heure prévue d'arrivée au point d'entrée;
De datum en het verwachte tijdstip van aankomst op het punt van binnenkomst;

Demain, même heure.
Morgen rond dezelfde tijd?

Une heure après qu'il m'ait offert son aide.
Dat ging snel. Nog geen uur nadat ie z'n hulp had aangeboden.

Quelle heure… vous… dans le lit?
Hoe laat u… naar bed?

Ils font ce carnage l'un et l'autre Même heure, même endroit?
Ze gaan beide op ramkoers op hetzelfde tijdstip en locatie?

Même heure demain?
Morgen om dezelfde tijd?

Quelle heure était-il?
Om welke tijd was dat?

Quelle heure avez-vous?
Hoe laat heeft u het?

Quelle heure le rencontrez-vous habituellement?
Hoe laat ontmoeten jullie elkaar meestal?

Même heure mercredi?
Woensdag om dezelfde tijd?