HADDEN - vertaling in Duits

• hatten
• gab
• waren
• brauchten
• besaßen
• hätten
• haben
• hatte
• war
• gibt
• brauchen

Voorbeelden van het gebruik van Hadden in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

We hadden je hulp nodig.
Wir brauchten Ihre Hilfe.

De slachtoffers hadden twee wonden.
Wenn beide Opfer zwei Wunden hatten.

We hadden al een halve dag gereden.
Wir waren bereits den halben Tag gefahren.

Angela's moeder en ik hadden vorig jaar iets met elkaar.
Letztes Jahr hatte ich was mit Angelas Mom.

Wij hadden het ook anders voorgesteld.
Wir haben es uns auch anders vorgestellt.

We hadden haar niet in de auto moeten achterlaten.
Wir hätten sie nicht im Auto lassen sollen.

Hadden jullie wapens?
Besaßen Sie und Ibrahim Waffen?

Die hadden ze in de supermarkt vlakbij.
Die gab es im Supermarkt um die Ecke.

We hadden meer uren, dat kon hij niet.
Wir brauchten mehr Stunden, er konnte das nicht leisten.

Ze hadden een varkensfeest, met varkensmaskers.
Sie hatten jedes Jahr eine Schweineparty.

Hadden jullie in je vorige leven verkering?
Waren Sie im früheren Leben ein Paar?

Misschien hadden we gewoon pech.
Vielleicht war es nur Pech.

Ze hadden zuster Megan gevonden.
Man hatte Schwester Megan gefunden.

Maar we hadden een zwakke zaak, op z'n best.
Aber wir haben bestenfalls einen schwachen Fall.

We hadden dit als volwassenen kunnen bespreken.
Wir hätten darüber wie Erwachsene reden können.

Ze hadden dit weekend 13 moorden.
Es gab dieses Wochenende 13 Morde.

Ze hadden allemaal wel iets.
Sie alle besaßen etwas.

Ze hadden meer hulp nodig.
Sie brauchten mehr Hilfe.

We hadden een enorm misverstand, CK.
Wir hatten ein Riesenmissverständnis.

Hadden we een uur geleden niet afgesproken?
Waren wir nicht vor einer Stunde verabredet?