KAPOT - vertaling in Duits

kaputt
kapot
stuk
defect
verpesten
slopen
doodop
kaput
kapotmaken
slecht
bekaf
fertig
klaar
gereed
kapot
afmaken
afronden
afgewerkt
voltooid
uitgepraat
defekt
defect
kapot
stuk
fout
gebrekkig
gebrek
gebroken
beschadigd
hinüber
kapot
dood
weg
oversteken
naar de klote
naar de overkant
naar de knoppen
vernichten
vernietigen
uitroeien
kapotmaken
verwoesten
verpletteren
verslaan
kapot
vermorzelen
vernielen
wegvagen
beschädigt
beschadigen
corrupt
schade
beschadiging
corrupte
zerschlagen
breken
smash
verbrijzeld
verslagen
ingeslagen
vernietigd
kapotslaan
vernield
verpletteren
opgerold
Arsch
kont
reet
lul
zak
hufter
rotzak
ezel
klote
klojo
lullig
platt
plat
lek
kapot
plashmya
zerstört
vernietigen
verwoesten
kapotmaken
vernielen
verpesten
kapot
ruïneren
slopen
verstoren
opblazen

Voorbeelden van het gebruik van Kapot in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
En het sonisch apparaat is ook kapot.
Das Schallwellen-Teil ist auch kaputt.
Ze zei dat je hengeltje kapot was.
Sie sagte, weil deine Rute gebrochen war.
Ze zijn allebei kapot.
Alle beide zerstört.
Ik ben weer kapot.
Ich bin wieder defekt.
Zonder jou ga ik kapot.
Ohne Sie bin ich ruiniert.
Dan maak ik hem kapot.
Dann mache ich ihn fertig.
Wat hier kapot is gegaan groeit niet meer aan elkaar.
Was hier kaputtgegangen ist, ist nicht wieder zu flicken.
Alec zal kapot zijn. Nee.
Alec muss am Boden zerstört sein. Nein.
Al mijn spullen zijn kapot.
Mein ganzes Zeug ist hinüber.
Ik denk dat ze kapot zijn.
Ich glaube, sie sind gebrochen.
Hun jetski's zijn kapot.
Du hast ihre Jet-Skis zerstört.
Ben ik de enige die zag dat het kapot was?
Wieso habe nur ich bemerkt, dass die kaputt ist?
De ontsteking is kapot.
Die Zündung ist defekt.
is mijn leven kapot.
ist mein Leben ruiniert.
Jawel. Ze is kapot door mij.
Sie ist fertig wegen mir. Doch.
Hij slaat de plaat kapot, maar het is te laat.
Sie wollten das Archivmaterial vernichten, aber es war zu spät.
Er is iets kapot aan papa's ruimteschip, Klopt.
Kaputtgegangen, Richtig. Etwas ist an Papis Raumschiff.
Hij is er vast kapot van. Wat?
Er muss am Boden zerstört sein, oder? Was?
Het infuus is kapot.
Der Zugang ist hinüber.
Ze maakten mijn leven kapot.
Die haben mein Leben zerstört.
Uitslagen: 3611, Tijd: 0.1053

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits