Voorbeelden van het gebruik van Haten in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
We haten Michelle.
Soms haten jongere broertjes het om de jongste te zijn.
De Lake Walkers haten ons.
Haten ze mij?
Haten wat verkeerd is, is makellijk.
Wij haten het allemaal. Ze haat het.
Een artiest haten altijd wat ze maken, Mevr Ibbetson.
Katten haten water.
Cats hate water.Mensen haten autoriteit.
People resent authority.Ze zou me haten.
she would despise me.Schrijvers haten clichés toch?
I thought writers hated cliches?En haten onszelf.
Hating ourselves.Iemand moet 'm erg genoeg haten om hem aan te geven.
Surely someone hates him enough to give him up.We haten je.
We loathe you.Ze haten dat je voorop loopt.
They resent that you are first dog.Waarom zou iemand Charlotte haten?
Why would anyone despise Charlotte?En we haten haar.
And we hate her.Die gast haten we toch?
Thought we hated that guy?Haten wat verkeerd is, is makellijk?
Hating what's wrong is easy.- nothing?Ze haten mij ook. Geen zorgen.
Everyone hates me, too. Don't worry.
