Voorbeelden van het gebruik van Dat zijn in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Dat zijn een miljoen mensen.
En welke moet dat zijn?
Dat zijn veel tekeningen van dezelfde kerel.
Hij zei dat zijn partner er geobsedeerd van was, om deze pyromaan op te pakken.
Dat zijn drie werkende oliebronnen.
Dus waarom moet ik dat zijn?
Dat zijn veel woorden voor' welkom thuis.
Dat zijn dan de TV studio's in.
Ik ben geen Einstein, maar dat zijn heel wat kogels.
Wat een grauw lot zou dat zijn.
Dat zijn veel mensen in veel plaatsen.
We weten allemaal wie dat zijn.
Wat goed zou dat zijn!
Vier cijfers gegraveerd in vier armbanden, dat zijn.
Dat zijn 4.846 zaken en namen die ik nooit zal vergeten.
Ik denk, dat dat zijn neef was.
zouden zij dat zijn.
Dat zijn twee dingen die ik niet met hun wil doen.
Nee, groeipijnen. Dat zijn groeipijnen.
En wie zal dat zijn,?