Voorbeelden van het gebruik van Hij is daar in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij is daar geweest? .
Hij is daar achter.
Hij is daar, hij is daar! .
Hij is daar toch al lang genoeg?
Hij is daar en hij wacht.
Hij is daar, bij hen.
rechter, hij is daar.
Hij is daar helemaal alleen.
Die vent heeft mijn oude baan en hij is daar om Owen te doden.
Hij is daar.- Bedankt.
Hij is daar binnen, onder die berg.
Hij is daar elke ochtend.
Hij is daar al uren.
Dat is onmogelijk want hij is daar.
Zij is hier, hij is daar.
Hij is daar achter de banden?
Hij is daar gewoon.
Hij is daar alleen wat triest.
Hij is daar, rijden!
Ik zag hem. Hij is daar.