Voorbeelden van het gebruik van Vroeg het in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik vroeg het maar.
Nee, ik vroeg het zomaar.
Weet ik, vroeg het maar.
Oké, ik vroeg het maar.
Dat weet ik, ik vroeg het alleen maar.
Ik vroeg het één keer.
Je vroeg het me, dus ik.
Hij vroeg het niet.
Marina vroeg het alleen maar.
Dat is het probleem, je vroeg het nooit.
Ik vroeg het alleen, ik.
Hij vroeg het aan haar.
Ja, Ik vroeg het me al af.
Ik vroeg het aan je vriend hier met dat mooie jasje, en blondje.
Ik vroeg het me gewoon af.
Ik vroeg het alleen maar.
Ik vroeg het zomaar.
Ik vroeg het omdat je m'n naam misschien gehoord hebt tijdens je reizen.
Ik vroeg het na bij de Seattle PD.
Ik vroeg het alleen, omdat het bed niet beslapen is.