HIJ LEERT - vertaling in Spaans

aprende
leren
weten
leer hoe
enseña
leren
onderwijzen
lesgeven
laten zien
worden onderwezen
om les te geven
tonen
onderrichten
bijbrengen
leer je
se entera
le enseña
leert
onderwijst
leer hem
laat hem
hem onderwijst
toont u hoe
instrueert
hem leert
aprenda
leren
weten
leer hoe
aprender
leren
weten
leer hoe
aprenderá
leren
weten
leer hoe
enseñe
leren
onderwijzen
lesgeven
laten zien
worden onderwezen
om les te geven
tonen
onderrichten
bijbrengen
leer je
enseñará
leren
onderwijzen
lesgeven
laten zien
worden onderwezen
om les te geven
tonen
onderrichten
bijbrengen
leer je
él estudia
adiestra

Voorbeelden van het gebruik van Hij leert in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Kijk naar je oom Jim. Hij leert zwemmen in de badkuip.
Mirad al tío Jim; está en la bañera, aprendiendo a nadar".
Hij leert studenten te protesteren.
Enseña a los estudiantes a protestar.
Hij leert me truken, technieken.
Me enseña trucos, técnicas.
Hij leert de speler zich te concentreren op zijn deelname en houding.
Le enseña al jugador como concentrarse en su participación y actitud.
Hij leert me vaak dingen die ik niet begrijp.
La mitad del tiempo, me enseña cosas que no comprendo del todo.
Hij leert haar hoe ze moet browsen.
Y le está enseñando cómo navegar.
Hij leert voor de lol!
¡Enseña por placer!
Hij leert me om mijn leven te voelen.
Me está enseñando a sentir mi vida.
Hij leert ons de kunst om persoon te zijn.
Nos enseña el arte de ser persona.
Hij leert jou alles wat je moet leren..
Te está enseñando Io que sea que necesitas aprender.
Maar het is een goede butler, hij leert me Spaans, touwtrucs en.
Es un mayordomo fantástico, me enseña español y trucos de cuerda.
Hij leert lief, gehoorzaam, eerlijk is.
Él enseña a ser bondadoso, obediente, justo.
Of hij wil of niet, hij leert ze een belangrijke les.
Pues lo quieran o no, el enseña una valiosa lección.
Oh, hij leert een taal.
Oh, él está aprendiendo un idioma.
Hij leert snel.
El aprende rápido.
Als hij leert vliegen, komt hij erachter
Al aprender a volar descubre
Hij leert het nooit.
No aprenderá nunca.
Hij zegt dat hij leert om anderen te vergeven, maar zichzelf niet.
Dice que está aprendiendo a perdonar a los demás pero no a sí mismo.
Hij leert eenvoudige en krachtige methoden voor zijn studenten.
Él enseña métodos simples y poderosos para sus estudiantes.
Hij leert Chinees.
Uitslagen: 494, Tijd: 0.088

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Nederlands - Spaans