Voorbeelden van het gebruik van Hij weet in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij weet waar we heen gaan en wat we denken.
Zover als hij weet ben jij zijn enige vriend.
Hij weet niet dat deze nieuwe laders drie keer zo snel zijn.
Hij weet niet hoe hij daar[ 14].
Hoe komen we thuis als hij niet weet waar we zijn?
Nee, maar hij weet zich goed te weren in een gevecht.
Nee, hij weet niet eens waar hij moet zoeken.
Voor zover hij weet, kan jij net zo goed de voogd van Uther Pendragon zijn.
En denk jij dat hij weet wie bent omdat je hier bent?
Hij weet niet hoelang ik moet blijven.
Hij weet dat dit van mij komt en niet van iemand als.
Hij weet allang dat je hier bent.
Nu hij weet dat ik kan helpen,
Ach, hij weet het tenminste.
Hij weet niet wat hij moet doen.
Hij weet niet eens meer dat je ooit om hem hebt gegeven.
Alsof hij precies weet wat hij aan het doen is.
Denk je dat hij iets weet over de man die ik heb gevonden?
Hij weet niet wanneer de tarieven zullen worden verhoogd.
Hij weet niet van dat goud.