Voorbeelden van het gebruik van Sein in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Sein de Defiant dat ze kunnen vertrekken.
Een sein van m'n vader.
Dat is ons sein.
Ik geef je een sein.
U kijkt naar mij en ik geef het sein om te springen!
En dat is mijn sein.
Is het een soort sein?
Gereedhouden totdat ik het sein geef.
Rond vijf uur vanmiddag gaf burgemeester Peper van Rotterdam het sein veilig.
Dat is uw sein.
wacht niet op het sein.
En geeft hun een sein.
Wacht op zijn sein.
De eerste regen sinds maanden is het sein waarop hij heeft gewacht.
Geef het sein.
Uw hotel in Ile de sein.
Een paar uur voor de meditatie was er dit sein in de lucht.
Een paar uur voor de meditatie was er dit sein in de lucht.
Vuur het sein over de planken.
Mentor, sein wanneer je klaar bent voor koppeling.