DIOS - vertaling in Nederlands

• god
• allah
• jezus
• gods
• god's

Voorbeelden van het gebruik van Dios in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Dios, estás con una clienta.
O, je bent met een klant.

Oh, Dios.¿Por qué no lo dejan en paz?
O, jee, wil je hem alleen laten?

Dios, eres tonta.
Jemig, wat ben jij dom.

Dios, no es de extrañar que es tan bueno.
Oh, geen wonder dat het zo goed is.

Dios. Es el guapo de Top Chef.
Dat is die leuke uit Top Chef.

Dios, esto es genial,
Wat is dit genieten.

Dios, Winger,¿quién organiza este baile,
Jeetje Winger, wie organiseert dit feest,

Uh, dios, supongo que sigue dormida en el cuarto de jake.
Jee, ik neem aan dat ze nog steeds slaapt op Jake's kamer.

Dios. Qué es todo esto?
Jemig, wat is dit allemaal?

Dios.¿Es ese tu teléfono?
Jee is dat je telefoon?

Dios, el detective Fusco está yendo de cabeza a la mira de Samaritan.
Jemig, rechercheur Fusco gaat recht tegen Samaritan in.

Si, yo…¡oh, Dios mío es Bobby Flay!
Ja, ik… oh mijn hemel, het is Bobby Flay!

Dios nos libre de que la copa caiga en las manos de Morgause.
De hemel verhoede het als de beker in handen van Morgause zou vallen.

Oh, Dios, los inconvenientes de tener un abundante encanto natural.
Oh, jee, de valkuil van overvloedig vol allure zijn.

Dios.¿Crees que le has dado, Mike?
Jeetje, denk je dat je hem heb, Mike?

Dios, Jana está publicando cosas terribles en mi página de Facebook.
Jemig, Jana zet gemene dingen op mijn Facebookpagina.

Dios, no me creo la hostilidad que siento hacia ti ahora mismo.
Jee, niet te geloven hoe erg ik je op dit moment haat.

Dios, sólo quería hacer pis.
Jemig, ik hoef alleen maar te plassen.

Dios,¿por qué todo el mundo me sigue preguntando por Caleb?
Jemig, waarom vraagt iedereen steeds naar Caleb?

Dios, no sabes mucho sobre mujeres,¿no?
Goh, je weet niet veel over vrouwen?