Voorbeelden van het gebruik van Bleef thuis in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Had een griepje, dus ik bleef thuis, en keek een film.
Ik bleef thuis.
Ze bleef thuis omdat ze ziek was.
Ik bleef thuis en keek televisie.
Die bleef thuis bij ons.
Nee. ik bleef thuis, en keek een film.
Je bleef thuis met jezelf spelen.
Ik bleef thuis, en vocht met m'n onafgewerkt manuscript.
Ik bleef thuis omdat ik ziek was.
Het A-team bleef thuis.
Garbo bleef thuis, zorgde voor hem en bracht hem naar het ziekenhuis voor wekelijkse behandelingen.
Veertig procent bleef thuis en van diegenen die wel gingen stemmen,
in eerste instantie bleef thuis om hun meerdere kinderen op te voeden.
de mensen die Gia hebben'Dat bleef thuis en hebben de Geplaatst Too Positieve beoordelingen.
Historisch gezien hebben mannen altijd de jager-verzamelaars geweest, terwijl de vrouwen bleef thuis om alle huishoudelijke taken te….
Ik bleef thuis omdat er niet genoeg geld was voor ons beiden om te gaan.
Ik bleef thuis met de baby zodat ze uit kon met vrienden om te netwerken.
dit varkentje bleef thuis… en dit varkentje deed zich te goed aan Chyna.
Wacht, dus je bleef thuis om een boek te lezen in plaats van naar dat chick-flick met Aria en Emily te gaan?
Hij bleef thuis, reed niet in z'n auto zag de familie