BEN GEWEEST - vertaling in Duits

war
zijn
zitten
zijn geweest
staan
gewesen bin
zijn
habe
hebben
krijgen
zitten
ging
gaan
weg
vertrekken
lopen
weggaan
zijn
nemen
meegaan
wandelen
kam
komen
gaan
zijn
komst
krijgen
langskomen
er
gebeuren
terugkomen
hier
ausgedrückt
uitgedrukt
gezegd
met woorden
geweest
gemaakt
termen
geuit
uitgesproken
gesteld
verwoord
bin
zijn
zitten
zijn geweest
staan
gewesen
zijn
zitten
zijn geweest
staan
hatte
hebben
krijgen
zitten
waren
zijn
zitten
zijn geweest
staan
hab
hebben
krijgen
zitten
hast
hebben
krijgen
zitten
gewesen sein
zijn
gewesen wäre
zijn
gewesen war
zijn

Voorbeelden van het gebruik van Ben geweest in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Vergeet dat ik ooit in Santa Rosa ben geweest.
Dass ich je nach Santa Rosa kam.
Ik dacht dat ik eerder duidelijk ben geweest.
Ich dachte, ich hätte mich klar ausgedrückt.
ik niet naar de notaris ben geweest.
ich nicht zum Notar gegangen bin.
Ik weet dat ik niet altijd expressief ben geweest.
Ich weiß, ich bin nicht immer sehr… ausdrucksvoll gewesen.
Vooral niet voor een man op wie ik… nooit verliefd ben geweest.
Vor allem nicht für einen Kerl, den ich… nie richtig geliebt habe.
Dat ik veel te lief ben geweest.
Dass ich viel zu nett gewesen bin.
Ik realiseerde me dat ik nooit op mezelf ben geweest.
Mir wurde klar, ich war nie wirklich allein.
Ik ben ziek geweest, ik heb veel gehuild.
Ich hatte Magenbeschwerden, ich habe viel geweint.
je ziet wat een brave jongen ik ben geweest.
was ich für ein guter Junge bin.
ik hier al vele, vele keren ben geweest.
viele Male hier gewesen.
Dit is voor de tijd dat ik hier ben geweest.
Hier. die ich hier verbracht habe.
Maar ik weet dat ik in de tussentijd ergens ben geweest.
Dass ich seither irgendwo gewesen bin.
Nadat ik naar tante Ruth ben geweest.
Wenn ich bei Tante Ruth war.
Waar ben je geweest en met wie?
Wo Sie beim Feuer tätig waren, mit wem sie zusammenarbeiteten?
De verrader naar wie ik altijd op zoek ben geweest.
Den Verräter, nach dem ich immer gesucht hatte.
Je weet dat ik discreet ben geweest.
Sie wissen, dass ich diskret bin.
Komt het doordat ik dit jaar stout ben geweest?
Bin ich dieses Jahr unartig gewesen?
Zeg hem dat ik hier ben geweest, oké?
Sag ihm, ich habe vorbeigeschaut, ok?
Donna, we gaan verder terug dan ik ooit ben geweest.
Donna, wir gehen weiter zurück, als ich jemals gewesen bin.
Jerome, zeg tegen m'n zoon dat ik hier ben geweest.
Jerome, sag meinem Sohn, ich war hier.
Uitslagen: 1056, Tijd: 0.0951

Ben geweest in verschillende talen

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits