Voorbeelden van het gebruik van Gewoon normaal in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ze is gewoon normaal.
Dus dat werd gewoon normaal.
Maar hij is gewoon normaal.
Ik weet het niet. Wat dan ook. Gewoon normaal.
Ik bedoelde gewoon normaal.
Soms wil ik gewoon normaal zijn.
doe gewoon normaal.
Over wat? Doe gewoon normaal.
Draait ze helemaal door. De ene dag was ze gewoon normaal, en opeens.
Kun je niet gewoon normaal zijn?
Ze is in de ontbijtkamer, ziet er gewoon normaal uit.
Waarom kan hij niet gewoon normaal zijn?
Papi, wees gewoon normaal.
En we waren gewoon normaal.
bekenden zijn gewoon normaal volk ent als jij en ik.
Probeer gewoon normaal te doen.- Ja.
Doe gewoon normaal.
Probeer gewoon normaal adem te halen.
Ja. Probeer gewoon normaal te doen.
Ik wil gewoon normaal zijn.