Voorbeelden van het gebruik van Bidden in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Dan zal ik elke dag voor hem bidden.
Ik zal voor hem bidden.
We zullen voor je bidden.
Dat je gaat bidden.
Ben je klaar met bidden?
Zeg nooit dat bidden niet helpt.
Alle Bajoranen op 't station bidden voor de Afgezant.
Wat zou er gebeuren als we om een wonder bidden?
Ik zal voor jou bidden.
Dan verbranden we 'm en bidden we om vergeving.
Ik zal vanavond voor u bidden.
Als Jezus God was, hoe kon Hij dan tot God bidden?
Ik moet bidden met mijn geest, en ook bidden met het verstand.
Als je naar Zijn woord leeft, zul je bidden.
Als jullie leven naar zijn woord, zullen jullie bidden.
En ik zal voor jou bidden.
jongeren bidden….
jongeren bidden… Concert.
Ik zal voor je bidden.
Zelfs op dat moment zal ik voor jullie bidden.