Voorbeelden van het gebruik van Jongen in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Waarom klom die jongen in die F-14?
Shabby, jongen. Je hebt een goed leven gehad. Denk ik.
Negen levens, jongen.
Is u nooit verteld dat u een mooie jongen bent?
De jongen schijnt niet erg onder de indruk.
Kom hier, jongen.
Daar ben je, jongen.
Als het niet de juiste jongen is.
Toen ik een jongen was… zwierf ik hier beneden rond.
In hemelsnaam, dit is New York, jongen.
Dank je, jongen.
Had je ooit te klagen over mijn goedheid, mijn jongen?
Deze jongen is geen seriemoordenaar.
Dit is jouw feestje, jongen, Meekomen, Saracen!
Hoe gaat het, jongen?
Ik werd boos, uit gevoel voor rechtvaardigheid voor die jongen.
Geef me de jongen.
Het is goed, jongen.
Gaat het, jongen?
Jij zit heel diep in de stront, jongen.