Voorbeelden van het gebruik van Woont in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Goed, nu weten we waarom je nog bij je moeder woont.
Ze is lid van AV Hollandia en woont in Wognum.
Misschien niet in New Hampshire, waar jij woont.
Misschien wist je niet waar te zoeken omdat je hier niet woont.
Partij van nieuws- Ik weet waar je woont uw kat.
Uw vader is een Canadees en woont niet in Amerika.
Kun je me iets vertellen over waar je woont?
Waarom zeg je niet hoe je heet en waar je woont?
Ze kunnen je je boot niet afpakken zolang je erin woont.
Je vader, is een Staats Senator en je woont in Mission Hills.
Nog eens draaien en je woont alleen in een huis van bloed.
Je woont op Maui, dus jullie zijn veel buiten.
Ze woont op de 21e verdieping.
Hij woont daar. Hij heeft me pleisters gegeven
Of je er woont, is aan jou.
Volgens mij woont hij hier niet meer, mevrouw.
Ik dacht je hier woont omdat je nergens anders heen kon.
In 2012 woont 98% van de bevolking in steden.
Maar Lisa woont daar al twee jaar.
Je woont toch bij Lucas?- Dat doe ik ook.