Voorbeelden van het gebruik van Is in de war in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Maar iedereen is in de war.
Mijn zuster is in de war.
Maar deze jonge boreling is in de war.
M'n moeder is in de war.
Ze is niet in de war.
Iedereen is in de war door dit.
Het hele systeem is in de war.
En God is in de war, weet niet, wat hij wil.
Je hoofd is in de war door dat gedraai in die koepel.
Mijn vriend is in de war, lieverd.
Je haar is in de war.
Wie is niet in de war?
Hij is in de war.
Wie is er in de war?
Je biologische klok is in de war.
Luister, Mick is in de war.
En je haar is in de war.