PROPER in Dutch translation

• correct
• fatsoenlijk
• netjes
• proper
• degelijk
• gedegen
• terdege
• goede
• juiste
• gepast
• echte
• behoorlijke
• adequate
• deugdelijke

Examples of using Proper in English and their translations into Dutch

Proper channels and paperwork. Of course not.
Natuurlijk niet. Juiste kanalen en papierwerk.

Proper Christmas. It's lovely.
Echte Kerstmis. Het is prachtig.

Proper penmanship and all.
Correct neergeschreven en zo.

We have to get proper food.
We moeten fatsoenlijk eten zien te krijgen.

bathroom were clean and proper.
badkamer waren schoon en gepast.

He won't take you seriously without a proper introduction.
Hij neemt je niet serieus zonder goede introductie.

Improving access to proper market information for SMEs;
Verbetering van de toegang tot adequate marktinformatie voor het MKB;

Proper labelling(QUID) is a better safeguard.
Behoorlijke etikettering(QUID) biedt een betere bescherming.

You speak proper to the young lady.
Spreek netjes tegen de jongedame.

Of course not. Proper channels and paperwork.
Natuurlijk niet. Juiste kanalen en papierwerk.

Proper men are so cool.
Echte mannen zijn zo cool.

Proper English, almost British.
Correct Engels, bijna Brits.

We will need some proper hardware.
We hebben fatsoenlijk spul nodig.

The apartment is very quiet and proper.
Het appartement is zeer rustig en gepast.

Proper wine for proper heroes.
Goede wijn voor goede helden.

Proper maintenance and four separate rooms.
Proper onderhouden en vier aparte kamers.

Proper housing facilities;
Adequate huisvesting;

Under proper conditions machinery will serve man.
Onder behoorlijke omstandigheden zullen zij den mensch dienen.

Proper job for a proper roman.
Juiste baan voor een echte Romein.

This was our first proper home together. What?
Dit was ons eerste echte huis samen. Wat?