SORGE - vertaling in Nederlands

zorgen
sorge
pflege
stellen sie
sorgfalt
kümmern
betreuung
versorgung
besorgnis
anliegen
achten sie
bezorgdheid
besorgnis
sorge
bedenken
angst
anliegen
besorgt
beunruhigung
anteilnahme
befürchtung
paniek
panik
sorge
angst
panisch
beunruhigung
panic
flipp
bang
angst
besorgt
ängstlich
fürchten
sorge
nervös
schiss
leider
furcht
feige
te zorgen
zu sorgen
sicherzustellen
kümmern
befürchten
gewährleistung
aufzupassen
zu schaffen
zu sichern
sicherstellung
zu versorgen
maak
machen
erstellen
werden
bauen
schaffen
reparieren
bringen
tun
haben
treffen
druk
druck
drücken sie
zu tun
beschäftigt
stress
belastung
blutdruck
viel
überfüllt
auflage
nood
not
sorge
notfall
notwendigkeit
seenot
bedarf
notlage
bedürfnis
brauchen
bedrängnis
ongerust
besorgt
sorge
beunruhigt
angst
unruhig
sich sorgen
beklommen
bezorgd
besorgt
beunruhigt
angst
bedenken
besorgnis
sorgen
geliefert
bereitet
zugestellt
gebracht

Voorbeelden van het gebruik van Sorge in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ich habe versprochen, dass ich für ihn sorge.
Weet je, ik beloofde goed voor hem te zorgen.
Keine Sorge, wir hassen dich immer noch.
Geen nood, we haten jou nog.
Und keine Sorge wegen dem Urlaub, den bezahl ich.
Maak je maar niet druk over de vakantie, ik betaal wel.
Keine Sorge wegen mir und Gabriel. Einen Pakt?
Wees niet bang voor Gabriel en mij. Een pact?
Ihre Sorge rührt mich.
Uw bezorgdheid raakt me.
Keine Sorge, ich trinke wegen meines Vaters,
Geen paniek, ik drink om mijn vader,
Sorge dich nicht um meine Sicherheit.
Maak u geen zorgen om m'n veiligheid.
Keine sorge, ich bin bei grandpa.
Geen zorgen, ik ben bij opa.
Ich habe beschlossen, dass ich für den Kleinen sorge. Ja, haben wir.
Lk heb besloten voor hem te zorgen. lnderdaad.
Keine Sorge, Captain, wir werden fliegen!
Maak u niet ongerust, kapitein, we zullen vliegen!
Keine Sorge, ich bin ein guter Bulle.
Geen nood, ik ben een goede flik.
Kenneth Braun. Keine Sorge, Dr. Kinsey.
Maak je niet druk, Dr. Kinsey. Kenneth Braun.
Richard! Keine Sorge, ich bin's nur.
Richard. Wees niet bang, ik ben het maar.
Ich schätze deine Sorge, aber ich weiß, was ich tue.
Ik waardeer je bezorgdheid, maar ik weet wat ik aan het doen ben.
Keine Sorge, die beißen nicht.
Geen paniek, ze bijten niet.
Aber sorge dich nicht.
Maar maak je geen zorgen.
Kelne sorge wlr machen morgen sauber- c.
Geen zorgen we ruimen morgen op- c.
Als Ihre Anwältin sorge ich dafür, dass Ihnen Gerechtigkeit widerfährt.
Als jurist moet je me toestaan ervoor te zorgen dat het recht geschiedt.
Keine Sorge, wir machen das sauber.
Wees niet ongerust, we maken alles netjes.
Keine Sorge, Jim.
Geen nood, Jim.
Uitslagen: 13138, Tijd: 0.1331

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands