Voorbeelden van het gebruik van Moest even in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik moest even nadenken.
Sorry. Tobias. Ik moest even weg?
Sorry, hoor. Dat moest even.
Zakken. Sorry, ik moest even… Oké.
Ik moest even weg.
Ik moest even iets pakken.
Ik moest even aan Adem denken.
Ik moest even een biertje pakken.
Sorry, ik moest even weg.
Ik moest even met je praten. Ik moest….
Sorry, ik moest even naar buiten.
Ik moest even kijken of er wat op mijn werk was.
Ja. Ik moest even iets regelen.
Ze moest even.
Moest even weg.
Die moest even weg.
Ik moest even met je praten.
Ik moest even bellen.
Ik moest even lachen. Ik zei.
Ik moest even ontspannen.