Voorbeelden van het gebruik van Een ding in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Een ding.
Het is een gerechtelijk ding, niet medisch.
Het is een fysiek ding, het is niet het wezen zelf.
Hallo, ik heb een ongebruikelijk ding overkomen;
Een ding is zeker, je verkoopt geen postzegels voor je werk.
Laat een ding duidelijk zijn.
Ik vergat een ding te zeggen.
Je hebt een ding voor de rechters.
Behalve een ding.
Mag ik een Ding Dong?
Wat een wild ding is hij!
Het is niet een ding dat je kunt zien;
Ze was een lief ding.
In een relatie bestaat er een ding wat trouw blijven heet.
Een ding moet je van me weten,
Wat een nobel ding is dat lied in de vissen's buik!
Het een ding dat hen van anderen onderscheidt is de bonus opties.
Een ding in zijn hele leven.
Er is een piepklein ding dat ik wou vragen.
Laat even een ding duidelijk zijn.