Voorbeelden van het gebruik van Heersen in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Vredestichters heersen over Scarranen.
Moge er vrede heersen tussen beide koninkrijken!
Ze zullen toch niet heersen, in elk geval.
Kan jij heersen over het internet in deze online simulatiegame?
In de natuur heersen de sterken over de zwakken.
Allah laat zijn profeten heersen over wie Hij wil.
We kunnen over de aarde heersen.
Wij willen heersen.
In het Nieuw Jeruzalem zullen twaalf naties heersen.
Maar gij zult alleen heersen.
Mijn kind, er zal spoedig vrede op aarde heersen.
Disfunctioneel, hyperpartnerschap kan Washington blijven heersen.
Nee, je zult helemaal niet heersen.
Hier, waar Nero nu heerst, zal Christus voorgoed heersen.
Nu zullen de Furies in hun plaats heersen.
Laat nu een ander heersen.
Wie het vindt, zal over de wereld heersen.
Wie in duisternis leeft, zal over de wereld heersen.
Ik laat jou heersen.
Hij laat zijn woede weer heersen over hem.