DAS PROBLEM LÖSEN - vertaling in Nederlands

het probleem oplossen
das problem beheben
um das problem zu lösen
die problemlösung
het probleem op te lossen
das problem zu lösen
das problem beheben
bei der lösung des problems
das problem überwinden
een oplossing
lösung
lösen
eine problemumgehung
einen ausweg
antworten

Voorbeelden van het gebruik van Das problem lösen in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Sagte, sie könne das Problem lösen.
Zei dat ze het kon oplossen.
Das würde das Problem lösen.
Dat zal het oplossen.
Eines wird sie auf gar keinen Fall tun, nämlich das Problem lösen.
Het enige wat er niet mee bereikt wordt, is een oplossing van het probleem.
wie könnten Sie das Problem lösen?
hoe kun je het oplossen?
Das Tageslicht wird für uns das Problem lösen.
Het aanbreken van de dag zal ons probleem oplossen.
Und so wollen Sie das Problem lösen?
En je wilt het zo oplossen?
Wollen Sie recht haben, oder wollen Sie das Problem lösen?
Wil je je gelijk halen of wil je het oplossen?
Kommen Sie. Wir beide werden das Problem lösen müssen.
Volg me. Jij en ik… zullen dit moeten oplossen.
Lassen Sie Jay aus dem Auto, damit wir das Problem lösen können.
Laat Jay uitstappen, zodat we dit kunnen oplossen.
Wir müssen das Problem lösen.
We moeten dit probleem oplossen.
Mein Stolz ließ mich denken, ich könne das Problem lösen.
Door m'n trots dacht ik dat ik het kon oplossen.
In seltenen Fällen kann ein Trainingsprogramm das Problem lösen.
In sommige gevallen kan een regime verandering het probleem verhelpen.
Aber was ich jetzt sage, könnte das Problem lösen.
Wat ik nu ga zeggen zal mogelijk al onze problemen oplossen.
Duru. Wir müssen das Problem lösen.
Duru. We moeten dit probleem overwinnen.
Wie willst du das Problem lösen?
Hoe ga je dit probleem oplossen?
Ich muss das Problem lösen.
Ik moet het oplossen.
Damit wir zusammen das Problem lösen können.
Zodat we dit samen kunnen oplossen.
Er versicherte mir, dass dies das Problem lösen wird.
Hij verzekert me dat het daarmee is opgelost.
Wenn wir das Problem lösen könnten?
En als we het kunnen oplossen?
Folglich müssen wir das Problem lösen, so schnell wir können.
En we moeten dit zo snel mogelijk oplossen.
Uitslagen: 100, Tijd: 0.0367

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands