RUHE - vertaling in Nederlands

rust
ruhe
frieden
pause
erholung
stille
gelassenheit
ruhezeit
ruhezustand
halbzeit
rast
stilte
ruhe
stille
schweigen
silence
leise
rustig
ruhig
sachte
langsam
ruhe
friedlich
leise
still
-beruhige
locker
entspannt
stil
still
ruhig
leise
ruhe
pst
schweigen
stumm
lautlos
psst
schweigsam
kalmte
ruhe
gelassenheit
ruhig
fassung
beschaulichkeit
besonnenheit
heiterkeit
friedlichkeit
gleichmut
beruhigt
vrede
frieden
ruhe
peace
friedlich
weltfrieden
kalm
ruhig
cool
ruhe
gelassen
beruhigen
windstille
entspannt
langsam
ganz
sereniteit
gelassenheit
ruhe
heiterkeit
gemoedsrust
seelenfrieden
ruhe
sicherheit
frieden
gewissheit
unbesorgtheit
friedfertigkeit
gleichmut
seelenruhe
zwijg
klappe
ruhe
schweig
sei still
halt den mund
halt's maul
sage nichts
mund halten
ist

Voorbeelden van het gebruik van Ruhe in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ruhe und Gelassenheit?
Kalm en onopvallend?
Ruhe bitte, meine Damen. Meine Damen?
Dames, rustig alstublieft. Dames?
Immer die Ruhe vor dem Sturm.
Steeds de kalmte voor de storm.
Ruhe, ich kann mich nicht riechen hören.
Stil, ik kan mezelf niet horen ruiken.
Ruhe, bitte. Mein Mandant Marc Lagnier.
Stilte, alstublieft. Mijn cliënt Marc Lagnier.
Jedenfalls ließ ich sie in Ruhe ihr Traumhaus bauen.
Hoe dan ook, ik liet hen hun droomhuis in vrede bouwen.
Ja, aber ich ruhe noch nicht.
Ja, maar ik heb nog geen rust.
Die lebenslange Garantie gibt Ihnen absolute Ruhe und die verwendeten Materialien sind erstklassig.
De levenslange garantie geeft u totale gemoedsrust en de gebruikte materialen zijn van eerste klasse.
Die Ruhe, die diesen wunderbaren Ort ausgeht….
De sereniteit die deze prachtige plek uitgaat….
Ok… Ruhe, bitte. Was? Verzeihung!
Oké… Pardon. rustig aan, alsjeblieft. Wat?
Ruhe, Bender, du verschreckst die Fische.
Stil, Bender, je jaagt de vissen weg.
Das ist die Ruhe vor dem Sturm, Ms. Shaw.
Dit is de kalmte voor de storm, mevrouw Shaw.
Ruhe, Stirk. Monster im Untergeschoss.
Kalm, Stirk. Monsters in de kelder.
Ihr könnt nicht alle Juli sein.- Ruhe.
Jullie kunnen niet allemaal juli zijn. Stilte.
Könntet ihr mich in Ruhe sterben lassen?
Kop dicht en laat me in vrede sterven?
Der ländliche Raumwird durch ruhe, platzund eine schöne Aussichtaus.
De landelijke omgeving wordt gekenmerkt door rust, ruimte en prachtige uitzichten.
Ruhe, ihr Hunde!
Zwijg, honden!
Ruhe und Freude sind Qualitäten der Seele.
Sereniteit en vreugde zijn kwaliteiten van de Ziel.
Sie werden Ruhe genießen, während Sie genau wissen, wo Ihre Liebe ist.
U zult genieten van de gemoedsrust, terwijl u precies weet waar uw liefde is.
Wenigstens ist Ruhe, wenn er seine Toilettenpausen macht.
Het is tenminste stil als hij naar het toilet gaat.
Uitslagen: 7105, Tijd: 0.1004

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands