WOLLTEST DOCH - vertaling in Nederlands

wilde toch
wollen doch
wollen ja
zou toch
werden doch
werden sowieso
ging toch
gehen doch
werden doch
fahren doch
wollen doch
werden sowieso
sind sowieso
gehen sowieso
werden eh
fliegen doch
reisen doch
ik dacht dat
ich denken
ich glauben
ich meinen
sagen , nähme ich
wilde zelf
wollen selbst
wollen selber
wou toch
wollen doch
wollen ja
wilt toch
wollen doch
wollen ja
wil toch
wollen doch
wollen ja
moest toch
müssen doch
müssen sowieso
sollten doch
müssen dennoch
sollten sowieso
müssen eh
immerhin müssen
brauchen doch
müssen ohnehin
vroeg toch

Voorbeelden van het gebruik van Wolltest doch in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Du wolltest doch wie ein Soldat leben?
Je wilde toch het leven van een soldaat?
Du wolltest doch nur pissen?
Je moest toch alleen pissen?
Du wolltest doch nach Hause fahren.
Ik dacht dat je naar huis ging.
Aber du wolltest doch aus den Fehlern deines Vaters lernen. Natürlich nicht.
Maar je zei dat je wilde leren van je vaders fouten. Natuurlijk niet.
Hey, Lexie. Du wolltest doch in der Lobby warten?
Ha, Lexie. Je zou toch in de hal wachten?
Du wolltest doch wissen, wer der Junge auf dem Foto war?
Je vroeg toch wie die jongen op die foto was?
Du wolltest doch mit deiner Flügel-Mom essen gehen?
Je ging toch eten met je wingmam?
Du wolltest doch nicht aufs College?
Je wilde toch niet studeren?
Du wolltest doch keine Spielchen spielen.
Ik dacht dat je geen spelletjes speelde.
Du wolltest doch, dass wir uns kennenlernen.
Jij wou toch dat we mekaar beter leerden kennen.
Du wolltest doch Tee machen?
Jij zou toch thee zetten?
Du wolltest doch zurücklaufen?
Je ging toch terugwandelen?
Du wolltest doch, dass sie erwachsen werden?
Je wilde toch dat ze volwassen werden?
Du wolltest doch zu mir kommen.
Ik dacht dat je bij mij kwam.
Du wolltest doch gern schießen lernen?
Je wilt toch leren schieten?
Du wolltest doch spielen?
Je wou toch 'n spelletje?
Du wolltest doch mit Cam reden?
Je zou toch met Cam praten?
Du wolltest doch gehen?
Je ging toch weg?
Du wolltest doch mehr Zeit mit uns verbringen?
Je wilde toch meer tijd met ons doorbrengen?
Du wolltest doch lernen, wie man kämpft?
Je wil toch leren vechten?
Uitslagen: 304, Tijd: 0.0695

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands