Voorbeelden van het gebruik van Net doen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Laten we net doen alsof deze koffie champagne is.
Net doen alsof alles goed is tussen ons. Wat niet doen? .
Dat ging ik net doen, papa.
Je kunt net doen van wel.
Gasten die net doen of ze eruit willen.
Je moet stoppen met net doen of je niet bang bent.
Vrienden? Net doen of we een leven hebben?
Dat wilde ik net doen, om een gestolen auto te melden!
Net doen of het de aarde is.
Net doen alsof we hem nodig hebben, zou helpen.
Kan ik niet net doen alsof ik hem een kus geef?
We zouden net doen of de remmen stuk waren.
Net doen alsof je een jongen leuk vindt.
Dat wou ik net doen.
Dat ging ik net doen.
Ging ik net doen.
Dat zou ik net doen.
Dat wilde ik net doen.
Dat wou ik net doen.
Ging ik net doen.