Voorbeelden van het gebruik van Zegt hij dat in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zegt hij dat ie rook ruikt?
Zegt hij dat echt?
Zegt hij dat?
Zegt hij dat?
Waarom zegt… waarom zegt hij dat tegen mij?
Dan zegt hij dat zo'n persoon nooit kwaad is.
Voordat ik me uitkleed, zegt hij dat zijn vrouw net is overleden.
Zegt hij dat het buiten zonnig is?
Ook al zegt hij dat, hij meent het niet.
Zegt hij dat?
Waarom zegt hij dat altijd?
Tegen wie zegt hij dat?
Maar in Patrick's getuigenverklaring zegt hij dat hij zijn hond achterna zat.
In de tweede plaats zegt hij dat geen van de lid-staten protest heeft aangetekend.
Toch zegt hij dat hij geen koelbloedige moordenaar is.
Natuurlijk zegt hij dat.
Zo zegt hij dat hij van streek was.
In zijn brieven zegt hij dat hij ziek is.
En dan zegt hij dat ik in orde ben.