HIJ WILDE - vertaling in Spaans

• quería
• deseaba
• intentó
• queria
• necesitaba
• trató
• le gustaba
• dijo
• pidió
• estaba dispuesto
• pretendía

Voorbeelden van het gebruik van Hij wilde in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans

Iemand met een verleden dat hij wilde vergeten.
Alguien… con un pasado que necesitaba olvidar.

Hij wilde mijn raad. Over die hack die momenteel bezig is.
Pidió mi consejo ya sabes, sobre el hackeo que está sucediendo.

Hij wilde me goedkoop een verlovingsring verkopen met een grote diamant.
Me dijo que iba a conseguirme un anillo de compromiso con un gran diamante barato.

Hij wilde zich voor me opofferen. Voor jouw toekomst.
Estaba dispuesto a sacrificarse por tu futuro.

Hij wilde de bomen redden.
Le gustaba salvar los árboles.

Hij wilde een man neerschieten die z'n dochter had bedrogen.
Trató de dispararle al tipo que engañó a su hija.

Hij wilde me betalen om per ongeluk een fabriek op te blazen.
Mueller… Intentó pagarme volando"accidentalmente" la fábrica durante la operación.

Er kwam een man naar me toe. Hij wilde iets geregeld hebben.
Vino a verme un tío, que necesitaba que me hiciera cargo de algo.

Ik lag in het bed en hij wilde op de vloer slapen.
Estaba en la cama y el queria dormir en el suelo.

Hij wilde de film verkopen,
Pretendía vender la película

Hij wilde terug naar zijn flat.
Dijo que regresaba a su piso.

Hij wilde niet getuigen, dus heb ik hem een duwtje gegeven.
No estaba dispuesto a testificar así que lo forcé un poco.

Hij wilde alleen mij spreken.
Pidió hablar sólo conmigo.

Hij wilde de slechteriken ook pakken.
Pero también le gustaba atrapar a los malos.

Hij wilde dat ik zou kiezen in welke volgorde ze zouden sterven.
Trató de hacerme decidir en qué orden iban a morir.

Hij wilde een opname scoren, maar werd in z'n kraag gevat.
Fue al Beekman. Intentó"encabrar", y lo"enquesaron".

Ik weet zeker dat er dingen zijn die hij wilde vertellen, maar niet kon.
Estoy seguro de que hay cosas que queria decirme, pero no pudo.

Ik werd gedwongen de man te worden die hij wilde dat ik was.
Me obligó a convertirme en el hombre que necesitaba que fuera.

Hij wilde me in dat huis om 20.00 uur ontmoeten.
Me dijo que me encontrara con él en su casa a las 8:00.

Hij wilde tegen me getuigen.
Estaba dispuesto a testificar en mi contra.