Voorbeelden van het gebruik van Houd op in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Houd op, Nicholas, alsjeblieft.
Houd op, dat mag niet!
Houd op, je laat me blozen.
Homer, houd op.
Houd op, concentreer je.
Flanders, houd op.
Houd op, alstublieft.
Sean, houd op.
Kom, Hollis, houd op.
Wat ben je verdomme mee bezig; houd op!
Cooper, houd op.
Jason, houd op.
Rachel, houd op.
Derek, houd op.
Het is niet grappig, houd op.
Mattie, houd op.
Pap, houd op.
Hoeveel vingers houd ik op?
Houd op met kijken naar de dingen van de wereld.
Houd hiermee op, alsjeblieft.