ZIJ GEVEN - vertaling in Spaans

• dan
• indican
• proporcionan
• ofrecen
• se preocupan
• les importa
• entregan
• conceder
• aportan
• transmiten
• emiten
• imparten
• admiten
• expresan
• liberan

Voorbeelden van het gebruik van Zij geven in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans

Zij geven geen interpretatie van het acquis communautaire.
No darán una interpretación del acervo comunitario.

Zij geven de benodigde schaduw aan uw sloten voor korte tijd.
Darán a sus cerraduras la cortina necesaria por poco tiempo.

Wel, zij geven mij te eten. Over dit meisje.
Me da algo de comer, pero ella.

Zij geven hen een goede opleiding;
Y darles una buena formación.

Zij geven aanbevelingen voor plaatsen om te gaan
Que hacer dar recomendaciones de lugares para ir

Zij geven in de aankondiging van de aanbesteding aan
Indicarán en el anuncio del contrato

Zij geven een schatting van de omvang van de illegale economie.
Proporciona una cifra que mide el tamaño de la economía ilícita mundial.

Zij geven aan tegen welke fysio's zij resistent zijn.
Indicaran las razas a las que sean resistentes.

Zij geven aan tegen welke pathotypen zij resistent zijn.
Indicaran las razas a las que sean resistentes.

Er zijn vele soorten olijfbomen en zij geven ieder hun specifieke olie.
Hay muchos tipos de árboles y dar a cada uno su aceite específico.

Er zijn meerdere bonussen aangeboden en zij geven u een mooie voorsprong.
Existen múltiples bonos ofrecidos y que le dará una ventaja agradable.

Haal ze hier af. Zij geven je hun kaart.
Te los encontrarás aquí y te darán sus tarjetas.

Welke veiligheid kunnen zij geven?
¿Qué seguridad pueden dar?

Jij laat zien bloed, zij geld geven.
¿Qué? Muestra sangre y darán dinero.

Zij geven ons inzicht in het surfgedrag van de bezoekers.
Nos permiten conocer el comportamiento de los visitantes.

Natuurlijk, zij geven prioriteit aan zaken over discriminatie.
Claro que está listo. Porque les dan prioridad a los casos de discriminación.

Zij geven de delegatie volledige bevoegdheid;
Confiere plenos poderes a la delegación.

Zij geven niets.
No dan nada.

Zij geven advies voor verschillende activiteiten
Le dan consejos para diferentes actividades

Zij geven familie de antwoorden die ze willen horen.
Ellos les dan a las familias las respuestas que quieren oír.