DENKEN - vertaling in Nederlands

• denken
• vinden
• geloven
• gedachten
• denkt
• denk
• dacht
• vindt
• vind
• gelooft

Voorbeelden van het gebruik van Denken in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Sie könnten fühlen, was die Pferde denken.
Hij zei dat jij de gedachten van de paarden kon horen.

Ich meine, das denken wir doch alle, oder?
Dat denken we toch allemaal?

Was denken Sie, wem die glauben werden?
Wie denk je dat ze geloven?

Und wieso denken Sie das, Dr. McNamara?
Waarom dacht u dat, dr. McNamara?

Schwester Suzanne, was denken Sie über den Jansenismus?
Zuster Suzanne, wat vindt u van het Jansenisme?

Was denken Sie, wer Ihren Mann umgebracht hat?
Wie denkt u wie uw man vermoorde?

Wir denken, es geht nicht ums Geld.
We geloven niet dat hij het voor het geld doet.

Sie denken, ich kriege das nicht hin?
Jullie denken, dat ik het niet kan?

Sie denken, ich sei dumm. -Nein.
Ze vinden me stom.- Nee.

Ihr Denken ist vermutlich gestört.
Haar gedachten zullen verward zijn.

Und was denken Sie, Patrick?
En wat vind jij, Patrick?

Also denken Sie an Ihre Familie.
Dus denk aan je gezin.

Sie wollte, dass alle denken, dass sie gestorben ist.
Ze wilde dat iedereen dacht dat ze dood is.

Also… Denken Sie immer noch, dass ich nicht verrückt bin.
Vindt u me nog steeds niet krankzinnig? Dus.

Alle denken, dass sie.
Dat denkt iedereen.

Wie kannst du denken, dass ich meinem Baby wehtun würde?
Hoe kon je geloven dat ik mijn baby pijn zou doen?

Wir denken, dass das dritte mehr… Autorität ausstrahlt.
Wij vinden dat de derde meer autoriteit uitstraalt.

An ihre Haut denken sie nicht einmal.
Ze denken niet eens meer aan hun huid.

Denken und Handeln sind 2 verschiedene Dinge.
Gedachten en ondernemen zijn twee verschillende dingen.

Denken Sie etwa, ich hätte ihm was getan?
Gelooft u echt dat ik 'm iets heb aangedaan?