SOLLST - vertaling in Nederlands

• moet
• zult
• mag
• ik wil dat
• hoort
• hoeft
• kunt
• moest
• zou
• mocht
• zal
• zul
• moeten
• kun
• hoor
• kan
• hoef
• moge

Voorbeelden van het gebruik van Sollst in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Du sollst ihn nicht aufziehen, Jack.
Jij hoort hem niet op te voeden, Jack.

Du sollst den Herrn, deinen Gott, fürchten!
Je zult de Heer, je God, vrezen!

Nein, nein, nein, du sollst bei mir bleiben.
Nee, ik wil dat je bij mij blijft.

Du sollst das hören.
Je moet naar me luisteren.

Du sollst mich nicht auf der Arbeit anrufen.
Je mag me niet bellen op het werk.

Ich meinte nicht, dass du mir folgen sollst.
Ik bedoelde niet dat je me moest volgen.

Du sollst die Panels warten.
Je kunt de panelen onderhouden.

Nein, du sollst nicht weglaufen.
Nee, je hoeft niet weg te rennen.

Du sollst nicht hier sein,
Je hoort hier niet te zijn

Du sollst mich Gamba Kufu
U zult mij Gamba Kufu

Du sollst hier sein wollen.
Ik wil dat je hier wilt zijn.

Du sollst nicht lesen, Elena.
Je mag niet lezen, Elena.

Warum sollst du mit dem FBI reden? Mark? FBI?
Waarom moet jij met de FBI praten? De FBI? Mark?

Du sollst in den Keller ziehen. Roger.
Roger. Je zou naar de kelder verhuizen.

Ich sagte, du sollst mich nicht anrufen!
Ik zei dat je me niet moest bellen!

Du sollst sie nicht rufen, okay?
Je kunt haar niet roepen, oké?

Du sollst nur das vor der Kamera vorlesen.
Je hoeft alleen maar dit voor te lezen voor de camera.

Du sollst mir hier helfen.
Je hoort me hierbij helpen.

Du sollst meine Freundin sein.
Ik wil dat je mijn vriendin bent.

Ash… Du sollst nicht über die Grenze gehen!
Ash… Gij zult niet gaan over de grens!